De verborgen jaren van MS: het Prodrome begrijpen

13

Multiple sclerose (MS) is een chronische auto-immuunziekte die het zenuwstelsel verstoort. De onvoorspelbare aard ervan maakt het moeilijk om te voorspellen hoe de ziekte bij een bepaalde patiënt zal evolueren, maar vroege interventie met ziektemodificerende behandelingen kan het verloop ervan aanzienlijk vertragen. Recent onderzoek suggereert dat er een cruciale periode voordat typische symptomen verschijnen – een ‘prodroom’ – waarin subtiele tekenen zich jaren van tevoren voordoen, wat een potentieel venster biedt voor eerdere diagnose en behandeling.

Wat is het MS Prodrome?

Het MS-prodrome is nog geen formeel gedefinieerd ziektestadium. In plaats daarvan is het een evoluerend concept gebaseerd op waarnemingen dat mensen bij wie uiteindelijk de diagnose MS wordt gesteld, patronen van toenemend gezondheidszorggebruik vertonen – om redenen die niet onmiddellijk op MS wijzen – tot 14 of 15 jaar vóór hun eerste duidelijke neurologische symptomen. Dit betekent dat er veranderingen in het lichaam plaatsvinden lang voordat de klassieke symptomen zoals problemen met het gezichtsvermogen of spierzwakte duidelijk worden.

Onderzoekers als Ahmed Abdelhak van UCSF leggen uit dat dit vergelijkbaar is met wat we bij andere chronische ziekten zien: een pre-symptomatische fase waarin ontstekingsprocessen al aan de gang zijn. De vraag is niet of deze veranderingen plaatsvinden, maar hoe vroeg ze kunnen worden gedetecteerd.

Vroege waarschuwingssignalen: voorbij het voor de hand liggende

Een onderzoek uit 2017 in The Lancet Neurology benadrukte voor het eerst het verband tussen meer bezoeken aan de gezondheidszorg en de uiteindelijke diagnose van MS. Recentere gegevens, gepubliceerd in 2025, laten zien dat dit patroon nog eerder kan beginnen. Mensen die later MS ontwikkelen, bezoeken vaker een arts vanaf 14-15 jaar vóór hun eerste MS-symptomen, vergeleken met degenen die MS-vrij blijven.

De specifieke gezondheidsproblemen die in deze prodromale fase opduiken, zijn vaak niet-specifiek:

  • Geestelijke gezondheid: Angst, depressie
  • Neurologisch: Migraine, duizeligheid, duizeligheid, slapeloosheid, visuele stoornissen
  • Skeletbouw: Artrose, kniegewrichtsaandoeningen
  • Systemisch: Vermoeidheid, bloedarmoede, darm-/blaasproblemen, fibromyalgie, onverklaarbare pijn

Deze symptomen komen bij veel aandoeningen voor en daarom wijzen ze niet automatisch op MS. Hun combinatie en frequentie bij personen die later MS ontwikkelen, zijn echter statistisch significant.

Kunnen we het nu detecteren?

Momenteel is er geen betrouwbare manier om het MS-prodroom te diagnosticeren. Onderzoek richt zich op het analyseren van gezondheidszorgpatronen in grote populaties, maar de meeste mensen die voor deze problemen een arts bezoeken, zullen geen MS ontwikkelen. Het doel is niet om een ​​paniekopwekkende test te maken, maar om biomarkers en patronen te identificeren die uiteindelijk risico’s kunnen voorspellen.

Eén mogelijke toekomstige aanpak omvat algoritmen die prodromale symptomen, MS-risicofactoren (zoals vrouw zijn of jonger dan 50 jaar) en beeldvormende scans voor vroege hersen-/wervellaesies combineren. Dit is hypothetisch, maar het illustreert de richting van het onderzoek.

De biologische onderstroom: biomarkers verschijnen

Naast het gebruik van gezondheidszorg onderzoeken onderzoekers biomarkers die verschijnen tijdens het prodrome. Uit het werk van dr. Abdelhak blijkt dat mensen die later MS ontwikkelen hogere niveaus van bepaalde eiwitten in hun bloed hebben, wat wijst op vroege myeline (bescherming van de zenuwvezels) en zenuwbeschadiging, zelfs voordat de symptomen beginnen. Deze veranderingen treden zeven jaar vóór de eerste klinische symptomen op.

De volgorde is duidelijk: eerst myelinebeschadiging, daarna zenuwbeschadiging, gevolgd door bredere veranderingen in het immuunsysteem. Dit suggereert dat ingrijpen in dit stadium mogelijk de volledige ontwikkeling van MS zou kunnen voorkomen of vertragen.

Wat is het volgende?

Het MS-prodrome is nog een vroeg onderzoeksgebied. Onderzoekers moeten de exacte duur van deze fase bepalen, bepalen wie wel (en niet) MS zal krijgen, en de voordelen van vroege behandeling beoordelen. De nieuwste diagnostische criteria voor MS, bijgewerkt in 2024, maken een eerdere diagnose al mogelijk, inclusief het identificeren van MS via oogzenuwlaesies.

De overkoepelende boodschap is duidelijk: hoe eerder MS wordt geïdentificeerd en behandeld, hoe beter het resultaat op de lange termijn.

Uiteindelijk gaat het begrijpen van het MS-prodroom niet over het creëren van nieuwe angsten, maar over het openen van mogelijkheden voor preventie en effectiever ziektebeheer. Het doel is om in te grijpen voordat er onomkeerbare schade ontstaat, waardoor de levens van degenen die gevaar lopen, worden verbeterd.